Dagelijks Woord

Meer over Gemeente

Meditatie 'Geesteswerk'

06 juni 2025

Zacharia 12:10: “...en zij zullen Mij aanschouwen, Dien zij doorstoken hebben...”

Dit vers hebben christenen altijd gelezen als een profetische uitspraak over het kruis. “Dien zij doorstoken hebben.” Binnenkort vieren we Pinksteren, de uitstorting van de Heilige Geest. En juist toen werd zichtbaar wat de profeet hier zegt. Jezus werd verkondigd, en de Geest scheen in het hart met het licht van het Evangelie, en zij zagen! Wat? Jezus, doorstoken door hun toedoen. Waar de Geest des Heeren is, is vrijheid, dat wil zeggen: vrij zicht op de Christus. Het deksel is eraf, de blindheid weggenomen, en de waarheid wordt gezien en doorleefd.


Binnenkort zal in zowel Ederveen als Lunteren het Heilig Avondmaal gevierd worden. We staan stil bij het kruis, bij de stervende Zaligmaker. We hebben daar Gods Zoon de doodsteek gegeven. De speer van de soldaat, die hij in opdracht van de toenmalige overheid, de dienares van God, in Jezus’ zijde stak, is ons hoogste verraad aan God en ook aan de mens. Want Jezus was én God én mens. Hij was net zo één met God als dat Hij één met ons was. Dus de steek in de zijde van Christus was zowel een aanslag op God als op de mens. Geneigd God en de naaste te haten. De diepste en donkerste werkelijkheid hiervan zien we in de Gekruisigde. We zien dat de zonde een kwaad is die alles doodt en alles vernietigen wil. Het kruis is een spiegel waarin wij het kwaad en het geweld in al hun naaktheid zien. Het is de werkelijke kijk op de wereld waarin wij ook leven. Waarin God buitengesloten moet worden, en er de medemens geen ruimte wordt gegund. Dat zal alleen maar erger worden.


Echter, als wij onszelf in de spiegel van dat kruis hebben ontdekt, en in de Gekruisigde, in de geopende wond in Zijn zijde, midden in een wereld vol geweld, spoort het ons aan tot bekering. Want misschien denken we schone handen te hebben, maar de wond in Zijn zijde is niet alleen door slechte en gewelddadige mensen veroorzaakt, maar ook, en dat nog meer, door de onverschilligheid en het nietsdoen van ‘goede’ mensen. Toekijken zonder in te grijpen als Gods Zoon wordt gedood is evenzeer verachting van God en mens in die ene Persoon. Die wond is de rauwe werkelijkheid van ons bestaan als mens. En wie dat ziet, en God liefheeft, begrijpt dat de profeet zegt: “En zij zullen rouwklagen als over een enige zoon. En zij zullen bitter kermen, zoals men bitter kermt over een eerstgeborene.” Waarom gaf U Uw Zoon, o God? Voor zulke opstandelingen? Waarom verliet U Hem, terwijl wij U verlaten hebben en voor altijd door U verlaten moesten worden?


Dat brengt ons bij het tweede, waarvoor wij dieper moeten zien in die wond, tot in Zijn hart. Want die speerstoot ging tot in Zijn hart. En er vloeide bloed en water uit. Juist door die wond laat God zien wat in Zijn hart is. Er vloeien allerlei vertroostingen uit Zijn wonden. Bloed tot verzoening van onze zonden, en water tot reiniging van ons leven. Want door Zijn striemen is ons genezing geworden. Petrus heeft bij het kruis gestaan, gezien, doorzien: “Want Christus heeft ook ééns voor de zonden geleden, Hij rechtvaardig voor de onrechtvaardigen, opdat Hij ons tot God zou brengen; Die wel is gedood in het vlees, maar levend gemaakt door den Geest.” Wat een genade dat God de wond niet gesloten heeft, want dan zouden we niet meer in Zijn hart kunnen zien. Daarom zien we in de hemel het Lam, dat geslacht is, op de troon zitten. De wonden zullen altijd zichtbaar blijven, voor ons. Tot heerlijkheid van God, tot vertroosting van het aangevochten hart, dat de zonde zo diep in zich bevindt. Het hart van God, dat Zijn wil toont om ons te vergeven, en in Gods gemeenschap terug te brengen.


En in het Avondmaal wil God ons geloof weer thuisbrengen bij Hem. Hoe? Door de wonden te openen van onze Heere en Zaligmaker voor zondaren. En Zijn lichaam en bloed tot de onze te maken. Om ons door de Heilige Geest te laten delen in het enige offer van Christus, aan het kruis volbracht. Om ons te verzekeren dat we vergeving van onze zonden en het eeuwige leven uit genade hebben ontvangen.


Zo wordt opnieuw 't verbrijzeld hart verheugd,

En in mijn geest de ware rust herboren.


En dan is het klaar. Even wachten! Toch niet. Er is geen waar geloof zonder vrucht. Wat God heeft door de Heilige Geest in de duisternis van ons hart geschenen, opdat Zijn licht uit onze duisternis zou schijnen. Want wie van die liefde leeft, genade overvloeiend voor de grootste der zondaren, krijgt ook

bereidheid om de wonden die bij hem of haar geslagen zijn door anderen, te openen. En de ander iets van die genade en liefde mee te delen. Om anderen te laten proeven en smaken wat liefde is. Jezus opende Zijn hart voor zulke vijanden en opstandelingen als wij zijn. Wie zijn wij dan om ons hart voor de ander gesloten te houden. Het valt mij op dat ik door de sterfbedden van gelovigen, waar ik in beide gemeenten de afgelopen twee jaar getuige van ben geweest (onvergetelijke ontmoetingen!) verlang dat de Kerk altijd die gestalte had, ook al in het leven. Een stervende gestalte. Want op het sterfbed hebben we het niet meer over anderen, maar over Jezus. Dan zijn wíj klein, en Hij is groot. Dat verbindt! O God, maak Uw zieke Kerk een stervende Kerk, die haar wonden opent voor de ander, evenals haar Zaligmaker. Voor medegelovigen, voor de wereld. Laat ons sterven, hoe langer hoe meer, opdat U in ons leeft. Een schat in aarden vat. Een doorstoken Christus... en een doorstoken christen. We kunnen zingen met elkaar: ‘Samen in de Naam van Jezus', maar dat betekent wel lijden, sterven, de doodsteek voor het ik.

Wat hebben wij U, o Jezus, een pijn gedaan, en doen het nog iedere dag. En U opent Uw hart voor ons, iedere dag weer. Leer ons het ook te doen. Wat zouden er dan een kerkmuren en muurtjes tussen gelovigen onderling vallen... dacht u niet? O Zoon, maak ons Uw beeld gelijk! Die Uw eigen pijn niet benadrukte, maar altijd de ander diende door de liefde!


Ds. D.A. Pater

Ederveen en Scherpenzeel-Renswoude

  • © hersteld hervormde kerk 2025

Heeft u vragen over het geloof?

Open Sluit